FRANK NUYENS (Den
Haag)
Under the name “Rainman” was the solodebut of ex- Q 65 guitarist Frank
Nuyens presented in 1971. It was a remarkable good record and was far removed
from the music of the notorious Q 65. It was typically early seventies laid-back
music. Frank wrote most of the music himself. The LP was recorded in the famous
GTB-studio in The Hague and partly in the Bovema Studios in Haarlem. On the
record he was assisted by well-known musicians as ex-Cuby drummer Dick Beekman and
former Q 65 colleague - drummer Jay Baar.
1971 Single - The Bird/Money Means Nothing at all Negram NG 256E 15
Bron: Oor, 1971: ALS HOLLANDER MOET JE ALLES ZELF MAAR UITZOEKEN
Onder de naam ‘ Rainman’ kwam onlangs het solodebuut van Frank Nuyens in de
winkel. Het is een opvallend goede plaat, wat niet zo verwonderlijk is als je
bedenkt dat Frank jarenlang de stuwende kracht van de Q 65 is geweest en zich
later verdienstelijk heeft gemaakt in Circus. Frank schreef zelf het merendeel
van de muziek. De plaat werd opgenomen in de Haagse GTB studio en in de
Bovema-studio in Haarlem. Op de plaat wordt hij geassisteerd door een groot
aantal collega’s, onder wie Jay Baar, met wie hij ook in de Kjoe en in Circus
speelde, ex-Cuby drummer Dick Beekman, nu talentscout bij Negram en producer van
Frank’s plaat en Piet Kuysters.
TEKSTEN IN ENGELS
De ontwikkeling in de richting van soloplaten en het spelen met andere
muzikanten is een gunstige zaak. “Daar groeien meer contacten uit met mensen
uit andere groepen: Dat kan verbeterend werken. Als je nu in een groep speelt,
zijn op een geven moment al je ideeën uitgeput. Je hebt alles gedaan wat er
eventueel uit kan komen. Maar wanneer je weer met andere musici speelt, kunnen
daar weer andere dingen uit groeien. Misschien verandert dat onderlinge contact
van mensen uit verschillende groepen ook wat aan het feit dat de groepen elkaar
zo nijdig aankijken. Iedereen zit altijd op de loer wat de anderen nu weer aan
het doen zijn. Het is natuurlijk broodnijd, want onze markt is niet zo groot,
maar jammer is het wel’. De teksten zijn van de hand van Jay Baar en, zoals
gebruikelijk bij de vaderlandse pop, in het Engels. Frank hierover: “ Het ligt
voor de hand om in het Engels op te nemen. Een opera is altijd in het Duits of
het Italiaans. Pop komt uit Engeland en Amerika en klinkt nu eenmaal in het
Engels het beste. Die taal is er gewoon beter voor geschikt. Het is al
verscheidene malen in het Nederlands geprobeerd, maar het lukt gewoon niet. Het
legt natuurlijk wel z’n beperkingen op je, want het is je moedertaal niet,”
Is het geen nadeel dat Jay de teksten heeft geschreven? “Ja, dat kan je wel
als een nadeel zien. Ik had de muziek voor de nummers klaar en hij schreef de
tekst erbij. Maar ik geloof dat Jay me erg goed kent. We werkten ook al zo
samen toen we nog in de Kjoe en in Circus speelden. Hij voelt wel goed aan hoe
ik ben en hij heeft bepaalde nummers direct op mij betrokken, zoals
‘Rainman’ en ‘Don’t’ bijvoorbeeld. Maar een nummer als ‘Vicious
circle’ heeft helemaal niets met mij te maken. Of ‘You will be freed by
me’, dat is zomaar een nummer. ik denk wel dat ik voor de volgende plaat de
nummers zelf van teksten zal voorzien. De arrangementen heb ik nu wel gedaan en
ook een deel van de produktie, samen met Dick Beekman.
RAINMAN
Op de plaat is duidelijk onder welke naam de plaats gemaakt is, overal komt
Rainman voor, en Franks’ eigen naam staat ergens in een hoekje weggedrukt:
“Het is wel leuk, dat het niet helemaal duidelijk is, want dat intrigeert de
mensen en dat trekt dan weer de aandacht. We hebben de naam eigenlijk maar in
het midden gelaten. Er is ook een nummer dat Rainman heet. Maar het kan me niet
zoveel schelen. Op de single heet ik alleen Rainman, om duidelijk het verband
met de LP te leggen. Die single is met opzet gemaakt om de LP te promoten en is
duidelijk op een groot publiek gericht. De LP heb ik echter niet met een bewust
publiek voor ogen gemaakt”. Over zijn platenmaatschappij (Negram) is hij
bijzonder te spreken.
“Het is werkelijk geweldig wat ik bij ze heb kunnen doen. Alleen in de
studiotijd was ik beperkt, ik heb de hele plaat in vijf-en zestig uur opgenomen,
wat waanzinning kort is voor een elpee. Maar ik kan moeilijk meer van ze eisen,
ze hebben al vijftienduizend gulden in me gestoken en de Nederlandse markt is
gewoon te klein om meer produktiekosten te maken”. Voordat het zover was dat
er een soloplaat uit de bus kwam, is er wel het een en ander met Frank gebeurd.
Nadat hij uit de Q 65 stapte, deed hij mee aan de ‘supergroep’ Circus. Na
een jaar in deze formatie te hebben meegedraaid, voelde hij dat hij er zijn
muzikale aspiraties niet in kon verwezenlijken. Met de oude leden van de Kjoe
probeerde hij weer een nieuwe groep samen te stellen maar dat mislukte. Het
draaide er op uit dat hij alleen aan de slag ging. Dit proces werd versneld
doordat hij met een gebroken been in het ziekenhuis terechtkwam. Daar was hij
wel gedwongen zich met zichzelf te bemoeien. “Ja, dat gebroken been was
een uitkomst. Niet dat ik nog een keer er een zou willen hebben. Maar het gaf
een zet in een ontwikkeling, die toch vroeg of laat zou moeten beginnen. In een
groep kun je als individu niet al je ideeën kwijt en op den duur kan je daar
niet meer tegen en wil je wel eens wat meer”.
AARZELENDE
SOLOPROJEKTEN
Het buitenland heeft de trend al aangegeven in de richting van soloplaten, maar
in ons land laat een dergelijke ontwikkeling nog een beetje op zich wachten. In
de meeste groepen zijn de verhoudingen nogal gespannen. Men is steeds op zijn
qui-vive om vooral evenveel aandacht te krijgen als de andere leden van de
groep. Dick Beekman over de tijd dat hij nog bij Livin’ Blues de drumsticks
hanteerde: “Ik herinner me een televisieoptreden waarin ik meer in het beeld
was geweest dan de anderen en dat zette meteen kwaad bloed. Ook bij interviews
wordt er steeds nauwkeurig op gelet of iedereen wel evenveel in het artikel
genoemd wordt”. Frank zit momenteel niet met deze problemen. Overigens ligt
het wel in de bedoeling, als de plaat goed loopt ( en dat is het geval), een
groep samen te stellen die de nummers live moet gaan brengen. Naast Frank
zal in deze groep Dick Beekman spelen, maar voor de rest is er niets bekend over
toekomstige leden. Is het nu geen probleem dat er van Frank’s kant al de plaat
Rainman is, waardoor de andere leden van de geplande groep zich teveel daarop
zullen richten en daarom weinig inbreng zullen hebben? “nee, ik geloof niet
dat het een probleem zal zijn. ik heb wel mijn inbreng in de vorm van Rainman,
maar iedereen zal het zijne kunnen inbrengen. Misschien komt er wel iemand bij
die ook zelf een plaat heeft gemaakt. Het zullen in ieder geval volwassen mensen
moeten zijn, die zich kunnen en willen aanpassen aan mensen die ideeën
hebben. Het moeten ook mensen zijn met een heleboel ervaring. Maar het gaat
alleen door als de plaat goed gaat lopen. Dan zal het gemakkelijker zijn goede
mensen te krijgen, want dan heb ik waarschijn- lijk wel werk voor ze. Nu
nog niet, en je kunt geen goeie groep samenstellen als je nog geen werk hebt.
Wat heb je de mensen dan te bieden? Dan nemen ze liever het risico niet”.
NEDERLANDSE MARKT TE
KLEIN
En dat is inderdaad een van de meest knellende punten in de Nederlandse platen-
markt. Eigenlijk zou een plaat tweeënveertig gulden moeten kosten, als de
artiest volkomen de vrije hand zou krijgen, maar dan koopt niemand meer een
plaat.Het vervelende is, dat het een vicieuze cirkel is. Om de markt te
vergroten, naar Engeland, Duitsland of Amerika bijvoorbeeld, is het noodzakelijk
toch meer geld aan productie uit te geven, om een goed product op te leveren.
Maar dat geld is er niet, omdat de Nederlandse markt daarvoor te klein is. En
dat er te weinig geld is, betekent weer dat er geen voor het buitenland
aanvaardbaar product komt waardoor de markt ook nooit groter wordt. Er zijn toch
genoeg artiesten in ons
land die iets presteren. Eelco Gelling bijvoorbeeld of Jan Akkerman. En Shocking
Blue natuurlijk. Wat Robbie van Leeuwen heeft gedaan is een hele prestatie. Toen
hij uit de Motions kwam en met drie kleine jongentjes begon lachte iedereen hem
uit. Daar trok hij zich niets van aan en liet de jongens een jaar lang een paar
avonden per week optreden. Toen ze eenmaal het vak kenden, nam hij Mariska
erbij. Hij wist precies wat de groep nodig had. Er zijn nu geloof ik zo’n
zeven – en – een half miljoen exemplaren van “Venus’ verkocht. En het
was de plaat zelf die het hem deed. Want het is onmogelijk om vanuit ons land de
Amerikaanse markt te beïnvloeden. Er hebben wel een paar advertenties in de
vakpers gestaan, maar meer niet. Je moet als Nederlands artiest echt een stuk
beter zijn dan je buitenlandse collega’s voor ze je pikken. Dat geldt trouwens
ook voor ons eigen land. Als iemand uit het buitenland komt, vinden ze je direct
prachtig. Maar als een Hol- lander moet je echt heel wat presteren voor ze je
accepteren. Zo’n Alvin Lee, die volle zalen trekt, dat begrijp ik niet. In ons
land zijn er zoveel gitaristen die minstens even zo goed zijn als hij. Maar die
trekken niet een volle RAI. Of neem Canned Heat, een tijdje geleden in
Rotterdam.Die waren toen helemaal niet goed op dreef, maar toch stond de hele
zaal op z’n kop. De Nederlandse artiesten worden gewoon door hun eigen mensen
gediscrimineerd. En het is niet alleen het publiek, maar ook bijvoorbeeld bij de
televisie. Iedereen rent altijd voor de buitenlandse artiesten. Of ze nou iets
presteren of niet, het zijn altijd grote jongens. Maar als Hollander moet je
alles zelf daar maar uitzoeken”.
1971 Single - The Bird/Money Means Nothing At All Negram NG 256E 15
1971 LP - Rainman Negram NQ 20038E 70
Rainman
Lynx
Frank heeft van 1972 tot 1973 in de band Lynx gespeeld. Bezetting; Peter v.d.Sande, Frank Nuyens, Paul Vink en Dick Beekman.Er is een single opgenomen maar nooit uitgebracht. 1973 Rock & Rollsinger/Like a Dog [not released] EMI
Red, White & Blue
Frank Nuyens (2e van rechts) speelde in de Red White and Blue band.
Met Harry en Eelco als spil en daaromheen
Frank Nuyens, die in Q65 had gespeeld, Lou Leeuw, bassist van The Rocking Tigers
uit Groningen en Herman van Boeyen, voormalig drummer van TeeSet en Supersister
werd Red White Blue geformeerd. In deze bezetting werd de LP "Red, White
and Blue" gemaakt. De LP werd opgenomen in de Artisound Studio in
Duivendrecht. Producer was George Kooymans van de Golden Earring. De groepsnaam
kwam van Barry Hay. De Asser beeldend kunstenaar Frans Jansen ontwierp de hoes.
Als gastmuzikanten spelen George Kooymans (guitar) Robert Jan Stips
(synthesizer/piano) en Egon Jansen (congas) mee. In het nummer "Pigeon girl"
is Robert-Jan Stips van Supersister te horen op trekharmonica.
Bezetting:
Harry Muskee (vocals)
Eelco Gelling (guitar)
Frank Nuyens (electric and acoustic guitars) (ex Q65, Circus),
Herman van Boeyen (drums & percussion) (ex Panda, Teeset, Super Sister)
Lourens Leeuw (bass guitar) (ex Rocking Tigers),
1975 LP Red White'n Blue Polydor 2925 034 Duitse versie
side one
Happyville (Gelling-Hay) backgroundvocals:Nuyens en George Kooymans
Perfection (Gelling-Muskee) synthesizer: RobertJan Stips
Master of Planning (Van Boeyen-Muskee)
Pigeon Girl (Nuyens-Muskee)
side two
Bird (Gelling-Muskee) congas:Egon Jansen
Country Life (Gelling-Muskee)backgroundvocal:George Kooymans
Freewheeler piano:RobertJan Stips electricguitar:GeorgeKooymans background
vocals:Nuyens en George Kooymans
Muzikanten:
Harry Muskee: vocals en harmonica
Eelco Gelling: electric, acoustic en slide guitar
Frank Nuyens: electric en acoustic guitar
Lourens Leeuw: bass guitar
Herman van Boeyen: drums en percussion
1975 Masters Of Planning Polydor (single)2050368
Cuby & Blizzards
Frank Nuyens is te beluisteren op de Kid Blue (LP 1976/CD1988). Bezetting: Harry Muskee, Eelco Gelling, Frank Nuyens, Herman Brood, Lourens Leeuw en Mels Bol. Background: Maggy McNeal (Sjoukje Smit), Margriet Eshuis en Neppy Noya
1976 LP: Kid Blue 1976 Single: Kid Blue Perfect Song CNR 141.361
Freelance Band
Freelanceband (Frank Nuyens 2e van links) Frank Nuyens (1978)
Freelanceband 1980
The Freelance Band, 'Rough 'n Tough' 1980 CNR, The Freelance Band, 'Midnight Power House' 1985 CNR, The Freelance Band, 'Oh Yeah By Yeah' (single)
De singles Love en Some Kind of Wonderful.
The Freelance Band ontstond in 1977 en
maakte twee albums: 'Rough 'n Tough' (CNR, 1980) en 'Midnight Power House' (CNR,
1985). Philip Kroonenberg richtte de groep op samen met Frank Nuyens die in de
zestiger jaren beroemd is geworden als leadgitarist van de Q65. Nadat ook John
Lagrand (harmonica) en Aad van Pijlen (bas) zich bij hen aansloten werd The
Freelance Band geboren. De naam kwam voort uit het idee dat iedereen vrij was om
mee te doen wanneer hij zin en tijd had.
In eerste instantie was The Freelance Band een band zonder drummer.
Het was moeilijk er een te vinden die het soort grooves kon spelen waar de band
patent op leek te hebben, maar men vond het over het algemeen juist heel
bijzonder, een band zonder drums.
Het maakte ook minder lawaai, waardoor de band geschikt was om in kleinere
gelegenheden te spelen.
Hun eerste album, 'Rough 'n Tough', kreeg veel positieve aandacht in de media,
maar pas zo'n vijf jaar later verscheen de tweede. De band Himalaya was toen in
zijn geheel opgegaan in de Freelance Band, met Nicko Christiansen (sax en
percussie), Henno Eizenga (drums) en Willem van der Wall (electrische- en
slidegitaar).
Daarmee bestond de Freelance Band uit zeven man. Met deze bezetting werd,
vrijwel in één take, de LP 'Midnight Power House' opgenomen, die in 1985 bij
CNR uitkwam.
Ondanks de positieve aandacht in de media bleek het financieel rendement voor de
platenmaatschappij onvoldoende en er volgde geen nieuw contract. Philip
Kronenberg besloot hierop uit de band te stappen omdat hij meer wilde bereiken
met zijn liedjes.
Frank Nuyens, foto Erik Bakker (1967). Red White & Blue (rechts Frank Nuyens)
Frank (midden) met de Strangers, 1961. Frank als DJ in Hans en Grietje.
Haagsche Courant 28 augustus 2004, Stadskinderen.
Frank Nuyens met zijn Fiat 850 op een project van de Haagse Plantsoenendienst.
Frank en Beer in de kroeg. Frank, Krooneneberg, Gelling en Lagrand.
Jacky en Frank.